collectie

foto 7473

Vredesactivisten werd verboden in toga voor rechter te verschijnen

2006

 

Op 13 september moesten tientallen vredesactivisten voor de politierechter in Den Haag verschijnen vanwege een actie op 4 juli. Voorafgaand aan het proces hielden zij een demonstratieve optocht in toga,omdat niet zij maar minister van defensie Kamp terecht zou moeten staan, wegens het niet verwijderen van de illegale kernwapens in Nederland. De tocht voerde langs het Ministerie van Defensie, de Tweede kamer en de Amerikaanse ambassade naar het Paleis van Justitie.

 

De actie op 4 juli vond plaats tijdens het bezoek van burgemeester Akiba van Hiroshima aan zijn collega Deetman van Den Haag in het kader van de Mayors for Peace-campagne. Niet alleen het treffen van deze burgemeesters voor vrede en tegen kernwapens vormde de aanleiding, ook de uitspraak van het Internationaal Gerechtshof op 8 juli 1996 dat het gebruik of het dreigen met kernwapens in strijd is met met het internationale humanitair recht en een ultieme bedreiging voor de mensheid vormen, speelden hierbij een rol.

 

Omdat de vredesactivisten hun actie op 4 juli niet hadden aangemeld, werden zij binnen een uur gearresteerd en afgevoerd. Nadien kregen ze een schikkingsvoorstel van 200 euro per persoon. Doordat de boetes niet werden betaald, moesten ze voor de politierechter verschijnen. Advocaat Meindert Stelling had bezwaar gemaakt tegen hun vervolging, zodat er in eerste instantie een hoorzitting zou worden gehouden over de rechtmatigheid van deze beperking van het demonstratierecht en het vervolgen van de vredesactivisten.

Meer informatie



Copyright: Boyd Noorda/Vredesmuseum, vrij te gebruiken met beperkingen. Meer info