Desiderius Erasmus

Erasmus, met een pseudoniem Desiderius Erasmus (Rotterdam, 28 oktober 1466, 1467 of 1469 – Basel, 12 juli 1536) was een Nederlands humanist, katholiek theoloog, filosoof, filoloog en pedagoog. Hij wordt beschouwd als een van de invloedrijkste denkers uit de Noordelijke Renaissance. Hij was een priester en geestelijke die op zijn eigen, gematigde manier de katholieke kerk van binnenuit probeerde te hervormen tegen de achtergrond van een opkomende Reformatie, wat hem door beide kampen kwalijk werd genomen.

(Onderaan staat de volledige biografie)

Desiderius Erasmus is ingedeeld in de categorie:

Desiderius Erasmus

Portret van Desiderius Erasmus van Rotterdam met renaissancepilaster, door Hans Holbein de jongere.

Biografieën

Per:

Desiderius Erasmus reisde als geleerde door Europa en verwierf aanzien in intellectuele kringen door zijn humanistische kritieken en pleidooien. Hij schreef een zeer omvangrijk oeuvre in het Latijn. In zijn beroemde satirische werk, Lof der zotheid, dat hij rond 1509 schreef, nam hij praktijken van allerlei maatschappelijke groepen op de korrel. In zijn streven om terug te keren naar de bronnen presenteerde hij het Nieuwe Testament in een Grieks-Latijnse editie die een einde maakte aan de onaantastbaarheid van de Vulgaat (Bijbel vertaling in het alledaags Latijn). Met zijn geschriften wilde hij de mensheid opvoeden en het menselijk potentieel vrijmaken door haar te laten leven naar de authentieke leer van Jezus. In 1517 schreef hij Querela pacis, De klacht van de vrede. Hij richt zich daarin onder meer tegen het nationalisme: “Wat kan er slechter zijn dan volken die elkaar bestrijden alleen omdat ze andere namen hebben? Er zijn zoveel zaken die hen tot elkaar zouden moeten brengen. Waarom zijn ze als mensen niet welwillend tegenover hun medemensen?”

De moeder die uit Gouda kwam heeft haar zwangerschap waarschijnlijk in Rotterdam doorgebracht om het ‘ongelukje’ te verbergen. Een jaar voor de geboorte van Erasmus kregen zijn ouders al samen een kind: Pieter. Zijn leven lang heeft Erasmus het idee over zijn onwettige geboorte moeten torsen en de gevolgen moeten dragen van de ‘geestelijke’ status waarin hij door zijn opvoeding was terechtgekomen. Pas rond zijn vijftigste werd Erasmus dankzij pauselijke dispensatie van de ernstige maatschappelijke gevolgen van zijn onwettige geboorte verlost.

Onder druk van zijn voogden – Erasmus was een onwettig kind van een priester zijn huishoudster – deed Erasmus in 1487 zijn intrede in het Klooster Emmaüs te Stein bij Gouda. De priesterwijding van Erasmus op 24 april 1492 bond hem meer aan het geestelijke leven, maar bood hem ook meer mogelijkheden tot studie. Hij kreeg de mogelijkheid secretaris van aartsbisschop Hendrik van Bergen te worden. Om dit mogelijk te maken en toch priester te blijven kreeg hij, mede vanwege zijn zwakke gezondheid en zijn studies, een tijdelijke dispensatie van bepaalde religieuze verplichtingen, zoals het lezen van de mis en het voorgaan in misvieringen – normaal gesproken kerntaken van een priester.

Met toestemming en een stipendium van bisschop Van Bergen mocht Erasmus in 1495 een theologiestudie in Parijs beginnen. Hier leerde hij de nestor der Parijse humanisten, Robert Gaguin, kennen en publiceerde hij zijn eerste werkjes. Doordat hij ook les gaf, leerde Erasmus veel mensen kennen. Zo kwam hij in Engeland, waar hij een half jaar verbleef, in aanraking met het zoontje van de Engelse koning en met belangrijke humanisten als John Colet en Thomas More, de auteur van Utopia. Hij gaf les aan de Universiteit van Oxford. Terug in Parijs schreef hij in 1500 zijn eerste boek, een verzameling Adagia, spreekwoorden.


Humanist

De kopij van de Adagia-herdruk kwam per abuis bij de Bazelse drukker Johannes Froben terecht. Erasmus vond diens werk zo keurig dat hij naar Bazel reisde en daar ook zijn twee grote filologische werken, de tweetalige uitgave van het Nieuwe Testament en zijn editie van de brieven van de kerkvader Hiëronymus schreef (vertaalde) en uitgaf. Bij zijn terugkeer werd hij benoemd tot raadsheer van keizer Karel V en vestigde hij zich in de Nederlanden (1516-1521). Tijdens deze ‘Zuid-Nederlandse periode’ stichtte Erasmus het Leuvense Collegium Trilingue, dat bijdroeg aan de verspreiding van Erasmus’ opvattingen over de studie van de klassieke talen. Verder beijverde hij zich voor de opzet in Leuven van een moderne priesteropleiding. Zijn activiteiten en geschriften werden met argwaan gevolgd door behoudende geestelijken en theologen, en toen in 1521 Erasmus’ critici Jacques Masson en Nicolaas Baechem werden aangesteld als inquisiteurs van de Lage Landen, week hij uit naar Bazel. In Frankrijk werd hij onderzocht door de inquisiteur Noel Beda, die in 1527 een lijst van ketterijen voorlegde aan het Parlement van Parijs. In 1529 werd Louis de Berquin, vertaler van Erasmus’ werken, op de Place Maubert verbrand. In 1531 werd de verspreiding van Erasmus’ boeken in Frankrijk verboden, en in 1559 verscheen zijn naam in de index als “auctor damnatus” (veroordeelde schrijver). Er mocht in boeken niet meer naar hem worden verwezen, en zelfs in al gedrukte boeken moest zijn naam onleesbaar worden gemaakt.

Hij overleed in Basel op 12 juli 1536.

Huidige invloed

Alle werken van Erasmus zijn te bekijken in de Erasmuszaal van de Bibliotheek Rotterdam, die namens de gemeente Rotterdam een van de grootste Erasmuscollecties ter wereld beheert: een unieke en oude verzameling met onder meer honderden boeken uit de vijftiende en zestiende eeuw. Zo’n negentig werken zijn er in de eerste druk aanwezig.

In Rotterdam wordt sinds 2006 op 28 oktober jaarlijks de geboortedag van de humanist gevierd, het uitbrengen van het bekende geschrift Lof der zotheid wordt elke eerste dag van april herdacht en er is jaarlijks op 11 juli (zijn sterfdatum) de ‘Nacht van Erasmus’. Om in zijn geboorteplaats de invloed van Erasmus in de huidige tijd blijvend te belichten werd in 2010 het ‘Comité Erasmus, Icoon van Rotterdam’ opgericht. In 2016 is op het Grotekerkplein ter markering van de plaats van zijn geboortehuis het Erasmus monument gerealiseerd. Het Comité Erasmus reikt sinds 2011 de Lof der Zotheidspeld jaarlijks op de verjaardag van Erasmus uit aan een persoon die zich in de geest van Erasmus heeft ingezet voor de samenleving en een lans heeft gebroken voor tolerantie, onderwijs en satire.

De hier gebruikte afbeelding is afkomstig vd wikipedia. Dit werk bevindt zich in het publiek domein in landen en gebieden waar de auteursrechttermijn het leven van de auteur plus 70 jaar of minder is.
Bron: https://commons.wikimedia.org/wiki/File:Holbein-erasmus.jpg