Camilla Carr & Jon James

logo

vergeving
verzoening

verhaal 8






foto Camilla en Jon "Ik leerde van het beoefenen van vechtsporten dat je, om je tegenstander te overwinnen, hardheid met zachtheid moet bestrijden."

April 1997 gingen Camilla Carr (45) en haar vriend Jon James (43) naar Tsjetsjenië om een herstelcentrum voor getraumatiseerde oorlogs-kinderen op te zetten.
Drie maanden later werden zij gegijzeld door Tsjetsjeense rebellen. Hun beproeving duurde 14 maanden. In die tijd werd Camilla herhaaldelijk verkracht door één van haar bewakers.

Camilla Carr

foto Camilla Verkrachting is een verschrikkelijke schending van een mens. Ik zal de daad nooit vergeven, al kan ik de man die me verkrachtte wel vergeven. Ik kan mededogen voor hem voelen, omdat ik begrijp van welk wanhopig oord hij vandaan is gekomen.

Dit wil niet zeggen, dat ik door de vingers kan zien wat onze gevangennemers ons hebben aangedaan (de lichamelijke en psychische mishandeling was verschrikkelijk) en als ik hen nu ontmoette, zou ik willen vragen: "Hadden jullie enig idee hoeveel pijn jullie ons aangedaan hebben?" Maar toch begrijp ik de wanhoop welke hen tot zulke daden heeft aangezet.

Omdat onze gijzelnemers duidelijk getraumatiseerd waren door de oorlog, besloten we tijdens onze gijzeling de weg van het minste verzet te kiezen. Als we woede of verdriet hadden getoond, dan hadden ze met geweld kunnen reageren.

Nadat we enige weken gegijzeld waren zag één van hen, een onontwikkeld en gekwetst persoon, de kans schoon om mij te verkrachten. De enige manier om deze afschuwelijke gebeurtenis te doorstaan was mezelf in te prenten: "Je kunt me nooit tot in de kern van mijn wezen raken – mijn lichaam is slechts een onderdeel van wie ik ben".

Hij verkrachtte me vele malen, maar meestal was ik in staat me vast te klampen aan deze onthechte gemoedstoestand. Hij deed het altijd als hij alleen was en ik durfde het de anderen niet te vertellen, omdat het hen op het idee zou kunnen brengen van groepsverkrachting. Het ging door totdat ik herpes kreeg. Het gaf me de kracht om nee te zeggen. Paunch vroeg me uit te leggen waarom. In een woordenboek kon ik beverig aanwijzen: "Geen sex, geen verkrachting". Ik kon het niet langer aan. Hij zei, dat hij alleen maar mijn vriend wilde zijn! Hij probeerde zich op zijn manier te verontschuldigen. Hij hield op mij te verkrachten en in plaats daarvan begon hij mij over zijn dromen te vertellen.

September 1998 werden we vrijgelaten. Aanvankelijk scheen het goed met me te gaan. We koesterden ons in de euforie van de vrijheid en in de liefde van onze familie en vrienden. Twee maanden later echter stortte ik in. Ik bleef maar huilen en had geen energie. Deze toestand duurde een paar weken, maar het was pas in 2001 toen Jon en ik naar Wales verhuisden, dat ik de ruimte en de stilte vond om me te ontspannen en me over te geven aan zwakte en kwetsbaarheid. Alleen op deze manier kon mijn zenuwstelsel geheel herstellen. Enkele van onze Tsjetsjeense vrienden kunnen niet begrijpen hoe we het kunnen vergeven. Zij voelen zich bezoeldeld door de schuld van hun gemeenschap. Ik vertel hen dat ik geloof dat vergeving begint met begrip, maar dat je eerst door verschillende lagen heen moet werken om dit te bereiken. Allereerst moet je leren omgaan met je woede, daarna komen de tranen en als je zover bent, dan ben je op de goede weg om je gemoedsrust te vinden.

Jon James

foto Jon Terwijl Paunch Camilla in de kamer naast mij verkrachtte, ging er een verschrikkelijk gevoel door mij heen. Ik hoorde gedempte woorden, daarna stilte en ik voelde me verschrikkelijk bij het besef van wat er gebeurde. Ik voelde me misselijk. Ik was niet in staat fysiek actie te ondernemen, omdat ik met mijn handen geboeid lag aan de verwarmingsbuizen. Het enige dat mij overbleef was gebed. Ik smeekte dat de schending snel en pijnloos zou zijn.

Tijdens heel onze beproeving hield ik mijn emoties voor me. Ik leerde van het beoefenen van vechtsporten dat je, om je tegenstander te overwinnen, hardheid met zachtheid moet bestrijden.
Ik wist dat dit mijn leven zou redden. Maar in mijn dromen heb ik Paunch vaak vermoord.

Elke morgen deden we yoga en Tai Chi. We leefden op ons tandvlees. Ik werd aan alle kanten geslagen en werd vaak geestelijke gekweld. Op een gegeven moment was er zelfs sprake van een schijnexecutie en we waren er zeker van dat we zouden sterven.

Na onze vrijlating hadden we ruimte nodig. 14 maanden lang hadden we aan elkaar vastgekleefd gezeten. We waren er allebei zo aan gewend elkaar te ondersteunen, dat we opnieuw moesten leren op onszelf aangewezen te zijn.

Gedurende lange tijd had ik last van benauwdheid en heel veel lichamelijke pijn.
Net zoals Camilla werd het me duidelijk waar onze gevangennemers en haar verkrachter vandaan kwamen. Weinig mensen op deze wereld handelen uit pure kwaadaardigheid. Maar het heeft me veel tijd gekost zonder negatieve gevoelens terug te denken aan alles wat me overkomen is.

hoofdmenu    volgende    vorige    info museum    uw reactie

Laatst gewijzigd: 3 december 2004